In grotere boomkwekerijgewassen is mechanische onkruidbestrijding goed mogelijk. Afhankelijk van de gewashoogte vraagt dit specifieke technieken en/of aangepaste trekkers. Op deze manier kunnen er minder chemische bestrijdingsmiddelen worden toegepast.
Grotere boomkwekerijgewassen hebben vaak een zekere hardheid, waardoor de schoffel makkelijk door stangetjes langs het gewas geleid kan worden. De schoffel beweegt dan naar links en rechts dwars op de rijrichting. Vanwege de gewashoogte zijn lange paralellogrammen of schoffelgeleiders nodig.
In lage gewassen is een licht verhoogde trekker vaak voldoende. Bij hoge(re) gewassen is een specifieke portaaltrekker nodig (figuur 1) om beschadiging aan het gewas te voorkomen. Bij jonge planten kan het schoffelen gecombineerd of afgewisseld worden met aangedreven en niet- aangedreven wiedeggen.
Voor in de rij kan je vrij gemakkelijk een torsiewieder toepassen (figuur 2). Dit is een verend stangetje dat klein onkruid uit de rij wrijft. Vaak wordt er dan achter de schoffel nog een klein wiedegje gezet om het onkruid beter los te halen.
Voor meer informatie over mechanische onkruidbestrijding in de bomenteelt, zie ook deze eerdere tip: https://www.schoon-water.nl/2020/02/24/schoon-water-tip-de-basis-voor-mechanische-onkruidbestrijding-is-goed-plantwerk/