De start van het seizoen is wat verlaat maar nu staan de meeste aardappelen toch boven en de vroeg gepote aardappelen sluiten de rijen. Ons advies is zeer nadrukkelijk preventief tegen te gaan. Zorg er bij vochtige omstandigheden voor dat het gewas altijd beschermd is, tegen Phytophtora. Zodra er Phytophthora in het gewas zit lopen de kosten op en nemen de risico’s snel toe. Houdt hierbij het weer goed in de gaten: bij droog en zonnig weer kan het interval tussen bespuitingen opgerekt worden. Minder bespuitingen bespaart geld en is beter voor het milieu!
Rechts: levende phytophthora (schimmelpluis op grens van bruin en groen). Links: dode phytophthora (scherp grensvlak dood en levend blad).
Vochtig en warm weer
Bij regelmatige neerslag en/of vochtige weersomstandigheden in combinatie met warm weer dient met een korter interval gespoten te worden. Denk hierbij aan risicovolle momenten, snel/veel bladgroei en langere bladnat perioden. Vooral bij snelle bladgroei en vochtig weer is een interval van 5 dagen noodzakelijk.
Droog en zonnig
Bij droge en zonnige omstandigheden (zoals in 2020) kan de periode duidelijk wel opgerekt worden. Bij sterk zonnig en droog weer is er weinig infectiegevaar. In de periode van snelle loofgroei is de inzet van Zorvec een sterk middel met een 3-4 dagen langere bescherming. Worden de omstandigheden slechter dan het interval met dit middel terugbrengen van 10 naar 7-8 dagen.
Gebruik de milieubelastingkaart
Volgens de milieumeetlat is de milieubelasting van grondwater, bodemleven en waterleven voor de meeste Phytophthora middelen vrij gunstig. Er is een nieuwe milieubelastingkaart voor Consumptie– en Pootaardappelen. Slechts enkele middelen (welke ook praktische niet gebruikt worden) scoren boven de 100 punten. Elke bespuiting is er echter een, belast het milieu en kost geld. Blijf daarom kritisch in het gebruik. Dit is ook gunstiger voor het beleid voor behoud van onze middelen.
Goede middelen om mee te starten zijn:
| Middel | Dosering (kg of ltr) | Max. aantal toepassingen | Minimum interval | €/ha per keer |
| Revus | 0,6 | 6x | 7 | 23 |
| Versilus | 0,4*/0,5 | 8x | 5 | 27*/33 |
| Orvego | 0,8 | 5x | 5 | 21 |
| Valbon Start | 1,6 | 6x | 7 | 23 |
| Valbon | 2 | 8x | 7 | 24 |
| Nautile/Video e.a. | 2 | 6-8x (afh.v.product) | 7 | 17 |
* met uitvloeier of olie
- Minimaal interval Revus is 7 dagen. Wissel bij een benodigd kort interval af met Amphore Flex, Valbon, Orvego of Versilus.
- Met Revus, Orvego, Versilus wordt geen mangaan bladvoeding gegeven. Voeg deze eventueel extra toe, vooral op percelen met een hogere pH is dit zinvol.
- Bij o.a. Revus en Versilus verbetert het toevoegen van een hulpstof de opname en werking. De werking van 0,5 Revus of 0,4 kg Versilus + uitvloeier of minerale virusolie is vergelijkbaar met de volle dosering zonder hulpstof.
- Mancozeb bevattende middelen zijn dit jaar voor het laatst toegelaten. Er geldt een aflevertermijn tot 4 juli en een opgebruik tot 4 oktober.
- Vanwege resistentiemanagement moet Zorvec altijd gecombineerd worden met een ander middel. Het product is ook dit seizoen beschikbaar in 2 varianten:
- Zorvec Enicade Nzeb met Trimanoc DG (mancozeb): dosering 0,15 ltr + 1,5 kg /ha
- Zorvec Enicade Ntec met Gachinko (zelfde werkzame stof als Canvas): dosering 0,15 ltr + 0,3 ltr /ha
- Zorvec Endavia (nieuw) met Versilus: dosering 0,4 ltr /ha
