De later geplante aardappelen beginnen nu ook de rijen te sluiten. Ons advies is zeer nadrukkelijk om Phytophthora preventief tegen te gaan. Zorg er bij vochtige omstandigheden voor dat het gewas altijd beschermd is. Zodra er Phytophthora in het gewas zit nemen kosten, milieubelasting en risico’s snel toe. Let hierbij goed op het weer: droog en zonnig = langer interval tussen bespuitingen. Minder bespuitingen bespaart geld en is beter voor het milieu!
Droog en zonnig
Bij droge en zonnige omstandigheden kan de periode duidelijk opgerekt worden. Bij sterk zonnig en droog weer is er weinig infectiegevaar. In de periode van snelle loofgroei is de inzet van Zorvec een sterk middel met een 3-4 dagen langere bescherming. Het interval is dan 10-11 dagen in plaats van 7 dagen bij normale middelen. Wordt het vochtiger? Breng dan het interval met dit middel terug van 10 naar 7-8 dagen.
Let op dat er geen moment van infectie kan ontstaan. Dit wordt veelal gecorrigeerd met zwaardere, duurdere en milieubelastende middelen.
Vochtig en warm weer
Vochtige en warme weersomstandigheden zorgen voor een hogere infectiedruk. Er dient dan met een korter interval gespoten te worden. Met name tijdens risicovolle momenten, zoals snel/veel bladgroei en langere bladnat perioden. Bij snelle bladgroei en vochtig weer is een interval van 5 dagen (normale middelen) of 7 dagen met Zorvec noodzakelijk.
De blight app is een phytophthora app die weergeeft wanneer er infecties plaats kunnen vinden. Die kan gebruikt worden bij het bepalen van het spuit interval.
Bespuiting en beregenen/neerslag?
Spuit altijd na een regenbui op een droog gewas, zodat het middel er niet af kan lopen. Spuit daarnaast ook altijd ruim voor een regenbui, zodat het middel goed hecht aan het blad en dus opgenomen wordt. Beregenen leidt niet tot een hogere ziektedruk.
Gebruik de milieubelastingkaart
Er is een nieuwe milieubelastingkaart voor consumptie– en pootaardappelen. De meeste Phytophthora middelen hebben een lage milieubelasting naar het grondwater, bodemleven en waterleven. Slechts enkele middelen scoren boven de 100 punten. Deze middelen worden niet vaak gebruikt. Maar, elke bespuiting is er een. Dit belast het milieu en kost bovendien geld. Blijf daarom kritisch in het gebruik. Dit is ook gunstiger voor het beleid voor behoud van onze middelen.