Vanaf 2023 gaan zowel het nieuwe GLB als het 7e actieprogramma nitraatrichtlijn (7e APN) in werking treden. Dit heeft veel consequenties voor bouwplannen en bemestingsstrategieën voor alle grondsoorten. Voor zand- en lössgronden gelden extra regels.
Regels 7e APN en Basispremie GLB
Veel van de wettelijke regels van de 7e APN zitten ook in de regelgeving voor de basispremie van het GLB. De basispremie bedraagt voor 2023 (voor alle hectares) € 220/ha èn voor de eerste 40 hectare nog een extra bedrag van € 54/ha. Als u ook meedoet aan de eco-regeling, ontvangt u daarbovenop nog een extra vergoeding over alle hectares. De hoogte van deze vergoeding is afhankelijk van het niveau: brons (€60/ha), zilver (€100/ha) of goud (€ 200/ha).
Hoofdlijnen van 7e APN en basispremie GLB 2023
Deze regels omtrent de 7e APN zijn er mede voor bedoeld om emissies van stikstof naar het grondwater te beperken, het organische stofgehalte in de grond te verhogen en de algehele bodemkwaliteit te verbeteren. In hoofdlijnen omvat het:
- Verplichte bufferstroken langs sloten:
- 3 mtr Teeltvrije zones langs watervoerende sloten
- 5 mtr bij KRW + eco
- 1 mtr bij kruidenrijk-gras, max. 4% van perceels-opp.
- 1 mtr bij droge sloot (tussen 1 apr – 1 okt geen water in de sloot)
- De 50 kg N gebruiksnorm voor zand en 60 kg N gebruiksnorm op klei voor groenbemesters vervalt, tenzij ná graan, graszaad of koolzaad (vóór 1 sep gezaaid, vernietigd na 1 feb).
- Op alle grondsoorten: drijfmest op bouwland mag pas worden uitgereden ná 15 mrt. Daarnaast geldt dat op een beperkt aantal gewassen bemest worden vanaf 15 feb na melding. De belangrijkste voor akkerbouw en vollegrond staan hieronder vermeld:
– Tijdelijk grasland | – Andijvie |
– Grasland | – Sla |
– Graszaad | – Prei (zaai & productie) |
– Zaaiui | – Spinazie |
– Plantuien | – Waspeen |
– Peulvruchten | – Triticale |
– Winterkoolzaad | – Zomergerst |
– Zomerkoolzaad | – Zomertarwe |
– Aardappelen | – Wintergranen |
– Suikerbieten | – Lelie |
- Bij toepassing na 1 aug. drijfmest/dunne fractie max. 60 kg N/ha
- Op zand en löss: Teeltrotatie met 1 op 4 rustgewassen. Op ieder perceel dient dus 1x in de 4 jaar een rustgewas geteeld te worden. Dit kan zijn:
- Gras/granen/luzerne/afrikaantjes
- Combinatie van korte (groenten)teelten, gevolgd door een vroeg ingezaaide (niet bemeste) groenbemester (inzaai in jul-aug). Korte (groenten)teelten: conservenerwten, worteltjes, spinazie, zomerprei en/of stamslabonen.
Advies rustgewassen
Start komend jaar alvast met de teelt van rustgewassen, als dit mogelijk is. Stel dit niet uit. Hiermee voorkomt u dat u in het laatste jaar in de knel komt. Belangrijk hierbij is dat dit geldt op perceel niveau, en dus niet op bedrijfsniveau! Ook percelen die geruild of gehuurd worden, moeten aan deze eis voldoen.
Naast het voldoen aan de rustgewas-eis heeft wintergraan als bijkomend voordeel dat het gewas door zijn groot wortelstelsel tot in de diepere lagen nutriënten kan opnemen. Daarmee kan extra uitspoeling van nitraat naar het grondwater worden beperkt.
Aanvulling vanuit 7e APN
Vanuit de 7e APN is ook opgenomen dat gewassen vóór 1 okt van betreffend jaar geoogst zijn, waarna een vanggewas geteeld dient te worden. Zaait u later dan 1 oktober uw groenbemester? Dan krijgt u het jaar daarop een korting op uw stikstofgebruiksnorm voor dat betreffende perceel.
- Oogst tussen 1-15 okt: korting van 5 kg N/ha voor de teelt van volgend jaar.
- Latere oogst (na 15 okt): korting van 20 kg N/ha voor de teelt van volgend jaar.
Deze korting en verplichte inzaai gelden niet wanneer u een wintergewas teelt (o.a. suikerbieten, zetmeelaardappelen of mais met onderzaai) of wanneer u een wintergewas zaait of plant in de herfst (o.a. wintergranen, graszaad, winterkoolzaad of gras). Over de lijst met wintergewassen is nog veel discussie (o.a. over de rooidatum van 1 oktober bij aardappelen). Tevens zijn de regels van uit de 7e APN nog niet definitief en kunnen er nog (kleine) veranderingen plaatsvinden.