Schoon Water tip: Geen Alternaria bestrijding nodig in vroege aardappelen

De meeste aardappelrassen zijn aan het begin van hun ontwikkeling niet gevoelig voor Alternaria. Deze ziekte tast vooral verouderende en afrijpende bladeren aan. Planten die niet optimaal groeien of in de stress raken, zijn vatbaarder voor een infectie door Alternaria-sporen. Alternaria kan in principe elk aardappelras aantasten, maar de gevoeligheid varieert tussen de rassen.

Vroege rassen
De groei van de vroegst gepote percelen (met vroege rassen), bevindt zich inmiddels in de fase na de bloei. De ontwikkeling van nieuw blad is grotendeels beëindigd. Er is met name relatief oud blad aanwezig. Voor deze vroege percelen geldt:

  • Worden deze percelen in de weken 30-32 gerooid? Dan is het advies om géén bespuiting tegen Alternaria uit te voeren.
  • Rooit u later in augustus? Kies dan voor maximaal één bespuiting.

Vaak wordt beweerd dat vaker spuiten tegen Alternaria nodig is in vroege aardappelen, maar dit is niet juist. Omdat ze tijdig worden geoogst, is er geen extra bespuiting nodig.

Aanwezigheid van Alternaria-sporen
Sporen die in het veld aanwezig zijn, worden door wind en water op de aardappelplant overgebracht. De optimale kiemtemperatuur van de Alternaria-sporen ligt tussen de 20-30°C. Drie uur bladnat bij 21-25°C is voldoende om de sporen te laten ontstaan. De ontwikkeling van Alternaria kan versneld worden door fysiologische stress. Een weerbaar gewas is van belang!

Gebruik de Milieubelastingkaart
De meeste middelen tegen Alternaria hebben een lage milieubelasting voor bodem- en waterleven, maar scoren minder goed voor het grondwater (zie tabel hieronder). Wees daarom kritisch in het gebruik van deze middelen. Slechts enkele middelen scoren onder de 100 punten. Een middel dat weinig milieubelasting heeft voor zowel bodemleven, waterleven als grondwater is Signum. Raadpleeg de bijgewerkte kaarten op milieumeetlat.nl om te zien hoe middelen scoren qua milieubelasting.

Overweeg of een bespuiting tegen Alternaria noodzakelijk is. Zeker in vroege aardappelrassen. Dit is ook gunstig voor het beleid om onze middelen te behouden. Toch een bespuiting uitvoeren? Let op de veiligheidstermijnen:

  • Propulse: 21 dagen
  • Narita/Alternet: 14 dagen
  • Belanty/Carial Star: 3 dagen

Let op: in grondwaterbeschermingsgebieden mogen Belanty, Narita en Alternet niet worden toegepast. Als alternatief kan Carial Star 0,6 ltr/ha worden gebruikt.

Schoffelen
Na een periode met veel regen lijkt er nu een korte periode van warm en droog weer aan te komen. Door deze weersomstandigheden ontstaat een waslaag op de onkruiden, waardoor herbiciden minder goed werken. Maak van deze gelegenheid gebruik om resterende onkruiden mechanisch te bestrijden, in plaats van grote hoeveelheden herbiciden te spuiten.

Zorg ervoor dat de onkruiden na het schoffelen of eggen met de wortels boven op de grond blijven liggen zodat ze kunnen uitdrogen. Voor de bester werking: pas mechanische onkruidbestrijding altijd toe met minimaal twee dagen zonnig weer in het vooruitzicht.

Dit bericht is geplaatst in Aardappelen, Schoon Water voor Brabant, Teelttips met de tags , , , , , , , , , , . Bookmark de permalink.

Reacties zijn gesloten.